7.12 Pensioen
A. Voor instellingen of organisaties die vallen onder de werkingssfeer van de Cao Sociaal Werk geldt een verplichtstelling om deel te nemen aan de pensioenregeling van het Pensioenfonds Zorg en Welzijn (PFZW). Mocht voor de werkgever geen verplichtstelling voor het Pensioenfonds Zorg en Welzijn blijken te gelden, dan meldt de werkgever zich aan bij het Pensioenfonds Zorg en Welzijn voor de zgn. contractuele aansluiting.
De werkgever houdt een deel van de verschuldigde pensioenpremie in op het salaris van de werknemer. Onder salaris wordt in dit verband verstaan het salaris van de werknemer zoals bedoeld in het pensioenreglement van het Pensioenfonds Zorg en Welzijn.
B. De premie voor het ouderdoms- en partnerpensioen is gelijk verdeeld tussen werkgever en werknemer.
In 2023 en 2024 bedraagt zowel het werknemers- als het werkgeversdeel 12,9% over het het salaris minus de franchise zoals dit door PFZW is vastgesteld.
Een premiewijziging voor het ouderdoms- en partnerpensioen wordt gelijk verdeeld over de werkgever en de werknemer.
C. Voor het arbeidsongeschiktheidspensioen betaalt de werknemer in 2023 en 2024 geen premie.
Het werkgeversdeel voor het arbeidsongeschiktheidspensioen bedraagt in 2023 en 2024 0,5% over het salaris minus de franchise zoals door PFZW is vastgesteld.
Voor de premieverdeling van het arbeidsongeschiktheidspensioen geldt het volgende:
- Zo lang de premiehoogte 0,8% of lager is bedraagt het werknemersdeel 0,0%;
- Indien de premiehoogte hoger wordt dan 0,8% zal, na besluitvorming over de aanpassing van de franchise en premie door het bestuur van het Pensioenfonds Zorg en Welzijn de cao-tafel het werknemersdeel berekenen, vaststellen en dit bekend maken.
D. Cao-partijen volgen de uitwerking van het pensioenakkoord en zullen de afspraken die hieruit voortvloeien zo nodig verwerken in de cao.